Zoeken naar:

Alleen exacte match
Zoeken in:

fäkä (werkwoord, niet overgankelijk)

Uitspraak (IPA): fæ.ˈkæ
Dutch: omhoog gaan
English: go up
ascend
Bron: Frommer (22. Januar 2012)
naviteri.org

toevoegsel

fäk·am·ä PST verleden tijd
fäk·ìm·ä PST nabij verleden (is net gebeurd)
fäk·ìy·ä FUT nabije toekomst (zal binnenkort...)
fäk·ay·ä FUT toekomende tijd
fäk·ol·ä PFV voltooid verleden tijd
fäk·er·ä IPFV onvoltooid verleden tijd
fäk·iv·ä SJV subjunctief, aanvoegende wijs
fäk·ei·ä LAUD amelioratie (gunstiger betekenis)
fäk·äng·ä PEJ pejoratief (negatieve connotatie)