Zoeken naar:

Alleen exacte match
Zoeken in:

tìflä (Zelfstandig naamwoord)

Uitspraak (IPA): tɪ.ˈflæ
Dutch: succes (algemeen)
English: success (in general)
Bron: Frommer (05 Jul 2012)
naviteri.org

toevoegsel

me·sìflä DU duaal / dubbele nummers
pxe·sìflä TRI drievoud / drievoudig nummer
ay·sìflä PL meervoud
fì·tìflä DEM deze (zelfs. naamwoord) (enkelvoud)
fay·sìflä DEM PL deze (zelfs. naamwoord) (meervoud)
tsa·tìflä DEM dat (zelfst. naamwoord) (enkelvoud)
tsay·sìflä DEM PL die {zelfst. naamwoord} (meervoud)

gerelateerde woorden

flä slagen
säflä succes
een moment van succes
tìkxey si verkeerd doen
blunderen