Zoeken naar:

Alleen exacte match
Zoeken in:

txula (werkwoord, overgankelijk)

Uitspraak (IPA): ˈtʼu.la
Dutch: bouwen
English: build
construct
Bron: Taronyu's Dictionary 9.665 < Frommer

toevoegsel

tx·am·ula PST verleden tijd
tx·ìm·ula PST nabij verleden (is net gebeurd)
tx·ìy·ula FUT nabije toekomst (zal binnenkort...)
tx·ay·ula FUT toekomende tijd
tx·ol·ula PFV voltooid verleden tijd
tx·er·ula IPFV onvoltooid verleden tijd
tx·iv·ula SJV subjunctief, aanvoegende wijs
txul·ei·a LAUD amelioratie (gunstiger betekenis)
txul·äng·a PEJ pejoratief (negatieve connotatie)