Zoeken naar:

Alleen exacte match
Zoeken in:

emrey (werkwoord, niet overgankelijk)

Uitspraak (IPA): ɛm.ˈɾɛj
Dutch: overleven
English: survive
Bron: Frommer (25.05.2011)
naviteri.org

toevoegsel

emr·am·ey PST verleden tijd
emr·ìm·ey PST nabij verleden (is net gebeurd)
emr·ìy·ey FUT nabije toekomst (zal binnenkort...)
emr·ay·ey FUT toekomende tijd
emr·ol·ey PFV voltooid verleden tijd
emr·er·ey IPFV onvoltooid verleden tijd
emr·iv·ey SJV subjunctief, aanvoegende wijs
emr·ei·ey LAUD amelioratie (gunstiger betekenis)
emr·äng·ey PEJ pejoratief (negatieve connotatie)