Zoeken naar:

Alleen exacte match
Zoeken in:

tìsraw (Zelfstandig naamwoord)

Uitspraak (IPA): tɪ.ˈsɾaw
Dutch: pijn
English: pain
Bron: Taronyu's Dictionary 9.665 < Frommer

toevoegsel

me·sìsraw DU duaal / dubbele nummers
pxe·sìsraw TRI drievoud / drievoudig nummer
ay·sìsraw PL meervoud
fì·tìsraw DEM deze (zelfs. naamwoord) (enkelvoud)
fay·sìsraw DEM PL deze (zelfs. naamwoord) (meervoud)
tsa·tìsraw DEM dat (zelfst. naamwoord) (enkelvoud)
tsay·sìsraw DEM PL die {zelfst. naamwoord} (meervoud)