Zoeken naar:

Alleen exacte match
Zoeken in:

säspxin (Zelfstandig naamwoord)

Uitspraak (IPA): sæ.ˈspʼin
Dutch: ziekte
English: disease
sickness
illness
Bron: forum.learnnavi.org (01 Feb 2010)

toevoegsel

me·säspxin DU duaal / dubbele nummers
pxe·säspxin TRI drievoud / drievoudig nummer
ay·säspxin PL meervoud
fì·säspxin DEM deze (zelfs. naamwoord) (enkelvoud)
fay·säspxin DEM PL deze (zelfs. naamwoord) (meervoud)
tsa·säspxin DEM dat (zelfst. naamwoord) (enkelvoud)
tsay·säspxin DEM PL die {zelfst. naamwoord} (meervoud)

gerelateerde woorden

säspxintsyìp kleine aandoening
fpomtokx gezondheid
lefpomtokx gezond
kelfpomtokx ongezond (lichamelijk)
spxin ziek
tìspxin ziek zijn
een ziekte hebben