Zoeken naar:

Alleen exacte match
Zoeken in:

ral (Zelfstandig naamwoord)

Uitspraak (IPA): ɾal
Dutch: betekenis
English: meaning (logical or literal sense)
sense
Bron: ASG (2009)

toevoegsel

me·ral DU duaal / dubbele nummers
pxe·ral TRI drievoud / drievoudig nummer
ay·ral PL meervoud
fì·ral DEM deze (zelfs. naamwoord) (enkelvoud)
fay·ral DEM PL deze (zelfs. naamwoord) (meervoud)
tsa·ral DEM dat (zelfst. naamwoord) (enkelvoud)
tsay·ral DEM PL die {zelfst. naamwoord} (meervoud)