Zoeken naar:

Alleen exacte match
Zoeken in:

pähem (werkwoord, niet overgankelijk)

Uitspraak (IPA): ˈpæ.hɛm
Dutch: arriveren
aankomen
English: arrive
Bron: ASG (2009)

toevoegsel

p·am·ähem PST verleden tijd
p·ìm·ähem PST nabij verleden (is net gebeurd)
p·ìy·ähem FUT nabije toekomst (zal binnenkort...)
p·ay·ähem FUT toekomende tijd
p·ol·ähem PFV voltooid verleden tijd
p·er·ähem IPFV onvoltooid verleden tijd
p·iv·ähem SJV subjunctief, aanvoegende wijs
päh·ei·em LAUD amelioratie (gunstiger betekenis)
päh·äng·em PEJ pejoratief (negatieve connotatie)